Interview: Eva's roedel

Hondentaal? Eva begrijpt het als geen ander. Met haar kennis en ervaring helpt ze hondeneigenaren hun viervoeters beter begrijpen en met hen communiceren. Daarnaast deelt ze met veel enthousiasme haar passie voor praktijkspeuren, een geweldige activiteit voor mens en hond!

Kan je iets over jezelf vertellen?

Ik heet Eva, 36 jaar, ben getrouwd en woon samen met mijn man, 2 honden en poes in Niebert op een klein woonboerderijtje net buiten de bebouwde kom. Naast wandelen en speuren met mijn honden, hou ik van lezen, met name thrillers en fantasy, ik kijk graag een goede serie of film en vind het erg leuk om escape rooms te bezoeken.

Waar is jouw liefde voor honden ontstaan? 

Op mijn 10e kregen we een Mechelse Herder met wat ze noemen een ‘vachtfoutje’. Ze had namelijk lang haar,  ik vond haar de mooiste van het nest weet ik nog. Ik leerde haar trucjes, borstelde haar, wandelde graag met haar, zij was echt mijn maatje. Toen zij overleed, veel te vroeg helaas, met 6 jaar oud, hebben mijn ouders een Tervuerense Herder genomen. Een ‘bedoelde’ langharige herdershond. Zij was echt mijn moeders hond, en wat ik zag qua band tussen die 2, dat wilde ik ook. Dus toen heb ik op 20 jarige leeftijd mijn eerste eigen hond gekocht, ook een Tervuerense Herder van 7 maanden oud, een volle broer van die van mijn ouders, maar uit een 2e nest. Hier heb ik zelf echt mee leren trainen; gehoorzaamheid en behendigheid. 

Wat heeft jou doen bewegen om Eva’s Roedel op te starten? 

Nou door mijn eerste hond een Tervurense Herder, Inter genaamd. Toen ik uit huis ging, en samen ging wonen met mijn toen vriend, inmiddels man, heb ik hem meegenomen. Hij verhuisde van een boerderij met 2 hectare grond naar een appartement van 65 m2 met een balkon. Hier ontstonden gedragsproblemen bij hem. Hij kon steeds moeilijker alleen zijn en werd ongelukkig. Ik wist niet hoe ik hem kon helpen, dan behalve door hem aan mijn ouders te geven, die hem gelukkig wilden opvangen. Daar bloeide hij weer helemaal op en was hij weer zichzelf. Een aantal jaar later, besloot ik dat ik mensen wilde helpen met honden met gedragsproblemen zoals bij Inter. Hierom heb ik de opleiding tot gedragstherapeut en puppycoach gevolgd en mijn diploma gehaald. Omdat je helaas niet alleen kan leven van het geld wat je daarmee verdiend besloot ik om er een hondenuitlaatservice naast te starten en zo kwam ik dan ook op de naam ‘Eva’s Roedel’. Dit was de beste keuze die ik ooit heb gemaakt. 5 Dagen in de week liep ik met roedels van 6-8 honden, fantastisch werk.

Je hebt jarenlang een uitlaat service gehad, wat zijn ervaringen die je daar bij hebt opgedaan? 

De meest positieve ervaringen die ik heb opgedaan zijn de leerervaringen. Ik heb elke dag zoveel verschillende soorten honden(rassen) om mij heen gehad, met elk hun eigen manier van communiceren. Door elke dag ‘hondentaal’ om mij heen te hebben, leerde ik heel snel heel veel over het gedrag van de hond, hoe zij met elkaar omgaan, hoe ze met elkaar ‘praten’, hoe ze elkaar corrigeren of juist affectie tonen etc.

Andere ervaring is de waardering van de mensen van wie ik de honden uitliet. Zo vaak als dat ik leuke, lieve berichtjes kreeg van de eigenaren, of dat ze me even iets kleins toestopten, of met kerst een kerstpakket gaven. Daaruit kon ik zien hoe blij ze met me waren omdat ik goed voor hun hond zorgde. 

In een roedel lopen alle honden door elkaar. Hoe match je de honden? 

Voordat een hond definitief mee mocht met mijn roedel, was het een vereiste van mij dat de klant eerst één proefronde samen met zijn/haar hond meeliep in de betreffende roedel waar de hond dan ook in terecht zou komen, zodat ik kon zien of het wel klikte met de andere honden.

Gelukkig gaat het in begin natuurlijk heel geleidelijk. Toen ik begon had ik eerst maar 2 klanten en die honden konden goed met elkaar overweg. Het werd pas lastiger wanneer een groep zich al echt had gevormd, en ik een plekje had op te vullen waardoor er een nieuwe hond geïntroduceerd moest worden. Ik ging dan eerst naar de mensen thuis om kennis te maken met de hond en de eigenaren te vragen naar het karakter en hun ervaringen met hun hond. Op basis daarvan kon ik al een beetje een inschatting maken, dan vond de proefronde plaats met eigenaar. Tenzij ik besloot op basis van de eerste kennismaking dat de hond niet zou gaan passen in de betreffende roedel. Dan stelde ik een andere groep voor waarvan ik dacht dat de hond er wel tussen zou passen, maar ja, dat moest dan natuurlijk ook passen met hun agenda. 

Helaas heb ik ook weleens een verkeerde inschatting gemaakt waardoor er een gevecht heeft plaatsgevonden tussen 2 honden, die heb ik daarna dan ook nooit weer bij elkaar gehad. In andere roedels deden beide honden het geweldig goed. Vaak zit het hem dan toch in de wat sterkere rassen, met sterkere karakters, voornamelijk met teefjes is mijn ervaring.

Is interactie met andere honden belangrijk voor een hond, waarom wel of niet? 

Daar is geen eenduidig antwoord op. Want voor de ene hond is het wel belangrijk, voor de ander niet.  Het is wel nodig dat je hond goed gesocialiseerd is, dat wil zeggen, dat ze goede omgang hebben met andere honden. Dit wil niet zeggen dat ze elke hond leuk moeten vinden en moeten begroeten ed. Ik bedoel met goed gesocialiseerd dat ze een andere hond goed kunnen lezen. Oftewel dat ze de andere hond accepteren en respecteren in zijn/haar doen of laten. Niet elke hond zit te wachten op fysiek contact. Dus als dan op afstand waargenomen kan worden door de andere hond, dat hij/zij daar niet op zit te wachten, vind ik dat veel belangrijker dan die jolige labrador retriever die ongevraagd op je af komt rennen.

Wel vind ik het belangrijk dat ze niet helemaal afgestompt raken voor andere honden, dus in die zin is interactie met een andere hond wel belangrijk om je hond sociaal te hebben en te houden. Maar nogmaals interactie hoeft niet fysiek plaats te vinden, dat mag ook gerust op afstand.

Onlangs ben je voornamelijk bezig met speurwerk, waarom heb je gekozen om hier les in te gaan geven? 

Nou, speuren is echt een van mijn passies. Ik ben hier mee in aanraking gekomen doordat de rasvereniging een workshop had georganiseerd. Ik ben toen met mijn 5 maand oude Australian Cattle Dog hieraan mee gaan doen en raakte direct verknocht aan deze ‘sport’. Loki, mijn teefje van inmiddels 5,5 jaar oud doet dit samen met mij met heel veel plezier. Later toen ik haar broertje, Odin, in huis kreeg als herplaatser ben ik het ook met hem gaan doen, en ook hij vindt het fantastisch.

Ik ben dit gaan doen omdat ik tijdens de gedragsconsulten merkte dat ik heel vaak als advies gaf dat de mensen meer moesten gaan ‘werken’ met hun hond. Hierbij gaf ik dan voorbeelden als schapendrijven, pakwerk, detectie maar dus ook speuren. Dit had verschillende redenen. Bijvoorbeeld het vergroten van het zelfvertrouwen bij een wat onzekere hond, tot een verveelde hond die alles in huis kapot maakte, tot aan het opbouwen van een mooie, stevige band tussen baas en hond.

Omdat ik dit steeds meer adviseerde en ik tenslotte zelf al ruime ervaring had in speuren, dacht ik: dit moet ik zelf ook kunnen geven. Dus, zo heb ik de opleiding tot speurinstructeur gevolgd en behaald, om hier zelf les in te kunnen geven.

 

De hond bekijkt de wereld door zijn neus. Doordat jij dat ruiken een doel geeft, geef je ze richting...

 

Kun je iets meer vertellen wat het speuren precies is, en wat heb je ervoor nodig?  

Het speuren wat ik geef valt onder de noemer ‘Praktijkspeuren’. Wat je hier doet is je hond leren een vermist persoon terug te vinden. Dit doe je door voorwerpen te introduceren waar de betreffende mensengeur aan zit en deze dmv de Pavlov-methode te associëren met een beloning. Heel kort gezegd: zodra de hond ruikt aan het voorwerp geef je een snoepje. Ruikt hij weer aan het voorwerp, geef je weer een snoepje. Dit herhaal je een aantal keer achter elkaar waarbij je het voorwerp steeds verder weglegt en de hond er op een gegeven moment dus naar moet zoeken met de neus en het niet langer op zicht kan vinden.

Naar gelang de hond steeds beter wordt in het vinden van de ‘verloren’ voorwerpen, ga je de sporen langer maken en introduceer je de daadwerkelijke vermiste persoon die zich aan het einde van het spoor bevindt.

Wat je nodig hebt voor de hond: Een halsband, een tuig, een lange lijn zonder handvat, veel beloningssnoepjes, water. Voor jezelf is goed schoeisel en gepaste kleding, rekening houdend met de weersomstandigheden nodig.

Voor welke type honden/rassen is speuren echt een goede uitdaging? Is het voor alle honden geschikt? 

Voor honden met een jachtinstinct is dit een echte uitdaging omdat ze graag hun neus gebruiken, denk hierbij aan Hongaarse Vizsla’s, Labrador Retrievers, Teckels, alle soorten Spaniëls etc. Maar ook juist de honden die veelal ingezet worden bij de politie waarbij het zoeken en vinden hoog in het vaandel staan, denk aan Mechelse Herders, Duitse Herders etc. 

In principe kan elke hond speuren…. Maar je moet het niet willen met elke hond. Dan doel ik op de honden met een korte snuit. De Mopshond, de Franse Bulldog, de King Charles Spaniël etc. Want, je vraagt heel veel van hun longcapaciteit en dat hebben deze honden helaas niet op orde. (Uitzonderingen daargelaten)

 

Wat haalt een hond zelf uit het speuren? 

Voldoening! Je zet ze in kun kracht. Ruiken kunnen ze namelijk allemaal en doen ze heel erg graag. De hond bekijkt de wereld door zijn neus. Doordat jij dat ruiken een doel geeft, geef je ze richting en omdat ze het in wezen allemaal al kunnen geef je ze iets te doen waar ze goed in zijn. Dat geeft ze voldoening en ze groeien vaak in hun zelfstandigheid en zelfverzekerdheid.

Kan je zelf je hond leren speuren? 

Ja zeker, dat kan. Echter is er een verschil in zoeken naar koekjes in de tuin of een verstopt balletje ten opzichte van het zoeken naar een vermist persoon. Hier komt iets meer techniek bij kijken en als dat iets is wat je zou willen leren, dan zou toch mijn advies zijn om een speurles te volgen bij een speurinstructeur.

Geen hond of baasje is perfect, als hij/zij maar perfect is voor jou.

 

Heb je tips voor mensen die op zoek zijn naar een hond? 

Voordat je kijkt naar wat voor hond je mooi vindt, kijk naar wat je zelf te bieden hebt. Denk hierbij aan: hoe ziet jouw dagindeling eruit? Hoe is je gezin samengesteld? Hoe is jouw leefomgeving? Hoeveel tijd heb jij voor de hond op een dag? Hoeveel tijd ben je bereid om in het begin te investeren in een hond, oftewel heb je tijd voor een pup of wordt het dan toch een volwassen hond? Waar zou je de hond allemaal in willen betrekken en waarin juist niet? 

Als je dit goed voor jezelf op een rijtje hebt, vallen er vaak al heel veel rassen af. Dit maakt de keuze makkelijker.

Daarna ga je pas kijken naar jouw wensen en juist wat je niet wilt: 

  • Hoe groot mag de hond zijn; mini, klein, middel, groot, extra groot.  
  • Mag mijn toekomstige hond bepaalde driften hebben? Jacht, drijven, waken etc. 
  • Wat ben je bereidt aan verzorging te doen? Zelf borstelen/wassen of naar een trimsalon. 
  • Mag je hond vocaal zijn of vind je dat juist vervelend?

Wanneer je jezelf dit soort vragen stelt vallen ook alweer heel veel rassen af en zal de keuze nog makkelijker worden.

Heb je verder nog tips die je met ons wil delen.? 

Lees je goed in alvorens je begint aan een hond! Het wordt helaas nog te vaak onderschat het hebben en houden van een hond. Onze asiels raken steeds voller met helaas vaak dezelfde rassen omdat ze niet goed begrepen worden of dat onderschat wordt waar de behoefte van de hond ligt.  En nog een tip, als je die hond hebt gekozen en je loopt tegen dingen aan, wacht niet te lang met hulp in te schakelen. Het is echt geen schande als je ergens hulp bij nodig hebt. Als dat betekent dat jij je hond kan houden en je hem een liefdevol huis kan bieden, wat wil je dan nog meer?

Laatste tip, eigenlijk meer vooral een opmerking: geen hond of baasje is perfect, als hij/zij maar perfect is voor jou.

 Meer informatie over honden coaching of praktijk speuren, kijk op de website: www.evasroedel.nl

Interview: Eva's roedel
 
Advertenties
Tractive